Skip to main content

Enkele maanden voor hij met pensioen ging, schreef Renaat Boeynaems zich als vrijwilliger in bij het toenmalige EMABB in Boom, nu BRIK Boom. “Ik wou absoluut het ‘zwarte gat’ vermijden”, zegt hij. Inmiddels is deze kranige gids en duivel-doet-al bij BRIK al meer dan een kwart eeuw een bijna dagelijkse vrijwilliger. Hiermee is hij zeker één van de oudste vrijwilligers van de Rupelstreek: Renaat wordt in augustus 85 jaar.

EMABB, nu BRIK Boom, heeft er tientallen jaren voor gevochten om de steenbakkerijnijverheid niet uit het collectieve geheugen te laten verdwijnen. Een verhaal van handenarbeid, kinderarbeid en industriële revolutie. Ook de teloorgang van een streek die nadien terug is opgeveerd en van een negatief imago omgevormd is naar een ‘place to be’ voor de hele wereld. Denk maar aan de vroegere kleiputten die nu De Schorre uitmaken, waar Tomorrowland elk jaar honderdduizenden mensen ontvangt uit de hele wereld.

Eind 1996 las Renaat Boeynaems in een lokale krant een aanbod van het toenmalige EMABB (ecomuseum en archief van de Boomse baksteen) om vrijwilliger te worden. “Er stond voor het overige niets bij. Ik wist dus niet wat van me verwacht werd, maar ik wou te allen tijde vermijden dat ik het zogenaamde ‘zwarte gat’ zou tegenkomen, want ik was op enkele maanden van mijn pensioen bij Agfa Gevaert. De beste beslissing die ik ooit heb genomen”, weet hij.

Ze waren bij aanvang met een zestal nieuwelingen die reageerden. Ze werden ingewijd in de kunst van het gidsen over de Boomse baksteen en de vroegere steenbakkerijen. “De cursus was eigenlijk minimaal. We kregen vooral veel informatie mee die we dan thuis moesten verwerken”, legt Renaat uit.

Als geboren en getogen Bomenaar had hij natuurlijk heel wat parate steenbakkerskennis. “Toch heb ik me destijds en soms vandaag nog verwonderd over weetjes die je niet zou verwachten in deze streek”, legt hij uit. Zo heeft de site Noeveren heel wat verhalen rond eigenaardigheden zoals de Averechtse Root, arbeiderswoningen die naam nauwelijks waardig waarin ouders en hun tien kinderen leefden, de ‘eerste school’ op Noeveren, … . Dat laatste gaat over een man die kon lezen, schrijven en rekenen en die aan wie het kon betalen privéles gaf anno 1724, zoals nog op de gevel prijkt.

Advertentie

 

Het gidsen ging hem al snel goed af. Met vuur en passie, net zoals het destijds in de ringoven eraan toe ging bij het bakken van de stenen. Renaat vertelt het ene verhaal na het andere. “Ik doe dit zo graag. Zo blij dat ik deze kans hier heb gekregen”, zegt hij. Hij voegt er in één adem aan toe dat hij natuurlijk beseft gezegend te zijn met een goede gezondheid. Dat maakt het hem mogelijk om alleen al in de periode van april tot september er bijna dagelijks als vrijwilliger aan de slag te zijn. Ook de andere maanden staat er werk op de plank, maar is de intensiteit iets minder.

Handen uit de mouwen

Renaat heeft naast de vele positieve verhalen in deze 25 jaar ook een negatieve ervaring. “Ik wil er eigenlijk niet te ver over uitweiden, maar de teloorgang van de samenwerking met de site Frateur op Noeveren vind ik een spijtige zaak. Het is wat het is, maar dat komt niet meer terug.”

Daar tegenover staan natuurlijk al 25 jaar heel veel positieve momenten en leuke belevenissen. Te veel om op te noemen. Naast het gidsen komen een tien tot twaalf medewerkers ook elke zaterdag tezamen om te ‘werken’. “Dat mag je heel letterlijk nemen. Op deze site is er altijd wat te doen. Nu zijn we bijvoorbeeld bezig met alle dakpannen, die over de hele site verspreid staan, bij elkaar te brengen en te sorteren. Het gaat over duizenden dakpannen, de meesten afkomstig van de daken van de vroegere droogloodsen, die met kilometers aanwezig waren in de Rupelstreek.”

Soms moet Renaat door zijn vrienden wat ingetoomd worden. “Ik ga er zo enthousiast in op, dat ik mijn leeftijd echt vergeet en me wat forceer. Nu word ik al wat sneller aangemaand om het wat rustiger aan te doen”, zegt hij. Hij benadrukt vooral de heel gemoedelijke, vriendschappelijke, zeg maar familiale sfeer, bij de vrijwilligersploeg van BRIK Boom. “We hebben al wat afgelachen en amuseren ons elke zaterdag samen heel goed. Ik zou het voor geen geld meer kunnen… laat staan willen missen”, zegt hij. Zo is er steevast om 11u ’s morgens het moment dat iedereen oproept tot ‘DRINK’. Waarna het werk wordt neergelegd voor een pintje of koffie, en nog belangrijker… een babbel.

Kinder(arbeid)plezier

Renaat Boeynaems geeft ook even mee dat rond 1870 er handmatig zo’n 100 miljoen stenen per jaar werden gemaakt in de regio. Rond 1970, iets voor de teloorgang van een groot deel van deze steenbakkerijnijverheid, werd liefst één miljard stenen per jaar gemaakt. Uiteraard te verklaren door de doorgevoerde mechanisatie en industriële processen.

“Het grondgebied van Boom is zowat 737 ha groot, waarvan rond 1900 liefst 400 ha, meer dan de helft, werd ingenomen door steenbakkerij gerelateerde activiteiten,” zegt Renaat.

Naargelang het doelpubliek wordt het gidsen en de rondleiding aangepast. Zo is het truckje om lagereschoolkinderen bij de les te houden heel simpel. “Ik laat ze eerst met z’n allen enkele stenen in openlucht klaarleggen, om zogezegd te drogen. Vervolgens zeg ik tegen één leerling om ze nu alleen allemaal te draaien, om de andere zijden te laten drogen. De gezichten van die gasten spreekt dan boekdelen. Vervolgens kan ik naadloos het verhaal van kinderarbeid en de impact ervan toelichten… met één en al oor hangen ze dan aan je lippen.”

Hondeneters

Wanneer er groepen komen wordt steevast het verhaal van de ‘Onnefretters’ toegelicht, de bijnaam van de Bomenaars. “Dat blijft een hardnekkig misverstand, maar ik denk niet dat er ooit een hond in Boom is opgegeten. Er waren wel toegelaten hondenslachterijen in Boom, maar het vlees ging naar de ‘rijkere’ gezinnen in Antwerpen en Brussel. Eerst uit nood aan vlees tijdens WO I, maar het heeft toch tot 1921 geduurd voor er een einde aan kwam.”

Om te eindigen heeft Renaat nog een belangrijke boodschap. “Er is altijd wat te doen, want na de prachtige restauratie van de hele site, zijn extra helpende handen, voor wat dan ook, altijd bruikbaar. Bij deze doe ik dan ook een oproep naar eenieder die een zinvolle leuke vrijetijdsbesteding als vrijwilliger zoekt.”

Bezoeken waard

Brik Boom is elke zondag open van 14 tot 17 uur. Je kan het bezoekerscentrum op je eigen tempo bezoeken of aansluiten bij een geleid bezoek. De rondleiding start om 14 uur. Reservatie is niet verplicht. Ook (klas)groepen zijn in de week welkom, zij moeten vooraf wel apart reserveren. Je kan er ook, na afspraak, iets eten en drinken.

Het infopunt in de schrijnwerkerij kan je gratis bezoeken en is in principe elke dag vrij toegankelijk, Noeveren 67, site Lauwers.

www.brikboom.be

Advertentie

 

Leave a Reply