De Koninklijke Jonge Sint Sebastiaan boogschietclub (KJSS) uit Rumst is met zijn 148 jaar een van de beste en hoogst aangeschreven clubs uit Vlaanderen. De club hecht extra belang aan jeugdwerking en blinkt hier ook in uit. Dat was een van de grootste redenen waarom Jarno De Smedt zich destijds bij de club aansloot. “Ik zocht een club in de buurt en toen ik hoorde over de filosofie van KJSS heb ik niet getwijfeld.”
De Smedt is 23 jaar oud en zette dus zijn eerste stapjes als boogschutter bij KJSS. Dat was de start van zijn enorme ontwikkeling en heeft hem tot de uitstekende schutter gemaakt die hij vandaag de dag is. “Ik heb vooral veel bijgeleerd van mijn vroegere coach René De Hondt die mij nog altijd tips geeft”, vertelt De Smedt. “Al is dat niet meer elke dag, aangezien hij ook een dagje ouder wordt.”
In 2021 stond De Smedt op de Olympische Spelen in Tokio. “Ik had niet gedacht dat ik er in Tokio bij ging zijn want ik kwalificeerde mij niet via de toernooien. Uiteindelijk was mijn plaats op de ranking genoeg om toch nog af te reizen naar Japan. Het was een unieke ervaring waar ik op de 43e plek eindigde.”
Olympische droom
Vorige week deed De Smedt mee aan de eerste World Cup van het jaar in Antalya, Turkije. Zo’n World Cup is de belangrijkste competitie na het EK en WK. Onze landgenoot eindigde er na een spannend toernooi knap als negende.
Die sterke vorm wil De Smedt aanhouden tot eind juni, begin juli met het oog op de Europese Spelen in Krakau, Polen. Dat is het eerste toernooi waar ook de kwalificaties starten voor de Olymische Spelen 2024 in Parijs. “In Parijs hoop ik beter te presteren dan in Tokio. Het is nog moeilijk om daar uitspraken over te doen, maar ik mik toch op een zo hoog mogelijke plaats”, sluit een ambitieuze De Smedt af.
Advertentie
Audioreportage: Bas Vermeersch
