Skip to main content

Jarenlang was koken en foodstillisme de eerste passie van Paul Van Bommel. Langzaam maar zeker sloop ook de passie van het wielerwereldje in zijn leven. Sinds kort gaat hij creatief aan de slag met penseel, miniatuurwielrennertjes en fietsonderdelen die hij samensmelt tot wieler-kunstwerkjes.

Tijd dus om deze kunstzinnige autodidactische gepensioneerde zijn verhaal te laten doen van potten en pannen tot schilderen en wielercollages maken. “Ik was nog geen twaalf jaar toen ik de koksopleiding in de Piva startte. Eens afgestudeerd, startte ik als kok in diverse Antwerpse restaurants, waaronder Euterpia waar mensen als Keith Haring en Jan Decleir regelmatig tafelden. In 1979 opende ik in Antwerpen mijn eigen restaurant Epicurus”, vertelt hij.

Tussendoor trok hij op eigen houtje voor 6 maanden naar Frankrijk om er ‘gratis’ te werken en vooral te leren in sterrenrestaurants. “Ik leerde er de knepen van de ‘nouvelle cuisine’ die ik toepaste in België in mijn eerste eigen restaurant. Wat later werkte ik in het Eyckerhof in Eikevliet om vervolgens in ’t Fornuis in Antwerpen te belanden.”

Foodstillist

Tussendoor werd Paul ontdekt als ‘foodstillist’ en werkte in die hoedanigheid met de top van foodfotografen in de wereld. “Ik begon in de Libelle, vervolgens werd ik Flair-kok, werkte voor Elga met vaste rubrieken rond voeding, om tenslotte met dé foodfotograaf Tony Le Duc, oa. Knack, samen kookboeken te maken: ‘Wild en gevogelte’ en ‘De Belgische keuken’.”

Inmiddels was hij in 1995 het verhaal Epicurus 2.0 opgestart, in de Kardinaal Cardijnstraat in Terhagen (Rumst). In die tijd nam ook de passie voor het wielrennen sterk toe, wat even later resulteerde in een nieuwe horecazaak: ‘Wielercafé Grinta’ in de Bosstraat in Boom. Daar werd al sterk ingezet op de beleving van eten in een wieleromgeving, iets wat hij wat later in de vroegere zaak Epicurus in Terhagen overdeed, onder de naam Casa Grinta.

Advertentie

Wielertruien/Museum

“Ik beschikte toen over zowat 750 wielertruien van de groten der wieleraarde. Liefst 400 ervan werden gesigneerd door de eigenaars als Merckx, Gimondi, Altig, Van Impe, enz. Tussendoor organiseerde hij twee keer de Grote Prijs Casa Grinta, voor wielerhelden met pensioen. “Zo kwamen Adrie Vander poel, zoon Mathieu en opa Raymond Poulidor en zovele ander wielerbekendheden in Casa Grinta eten”, weet hij. Toen hij zijn koksloopbaan beëindigde, kon hij in samenwerking met De Schorre, zijn collectie kwijt in het net opgerichte wielermuseum aan de Rupel.

Wielerkunst

De inmiddels tot Rumstse ere-burger benoemde Paul van Bommel, startte zijn kunstzinnige carrière tijdens corona. “Ik had enkele honderden miniatuurwielrennertjes gekregen en sprong er creatief mee om. In het begin waren dit vooral wielercollages. Mijn vrouw Annik, die een kunstopleiding volgde, stond me bij om de basistechnieken, verven mengen, enz. bij te brengen.” In de buurt van Marbella (Spanje) deed hij al twee expo’s en die verkochten goed.

“Voor mij is het belangrijk dat ik mijn hobby hier in mijn nieuw atelier, annex de woning en met zicht op de mooie tuin, kan uitvoeren. Als ik uit de kosten geraak, ben ik een gelukkig man.” Half januari 2025 stelt Paul Van Bommel ten toon in de horecazaak Sacchetti’s in Klein-Willebroek.

Advertentie

Leave a Reply